(Voorkeurs)plek van overlijden
Deze indicator geeft inzicht in de locatie/plek van overlijden van overledenen met behoefte aan palliatieve zorg en het percentage patiënten* dat overlijdt op de locatie van hun voorkeur.
* = patiiënten met behoefte aan palliatieve zorg
Belang Indicator. Verschillende studies benadrukken het belang van het bespreken en respecteren van de (voorkeurs)plek van overlijden van patiënten, vooral in de palliatieve fase1,2,3. Hoewel in het Kwaliteitskader palliatieve zorg Nederland de (voorkeurs)plek van overlijden niet expliciet naar voren komt, wordt wel het belang benadrukt van proactieve zorgplanning en het vastleggen daarvan. Het gesprek over plek van overlijden kan daar een onderdeel van zijn.
Hoe gemeten. Via de kerncijfers behoefte aan palliatieve zorg4 is de locatie van overledenen met behoefte aan palliatieve zorg na te gaan. De kerncijfers zijn opgesteld door IKNL op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Via de SentiMELC studie (Monitoring End of Life Care aan de hand van een Sentinel netwerk van huisartsen) worden gegevens over zorg aan het levenseinde verzameld. Deze worden geregistreerd door huisartsen die aangesloten zijn bij de zogenoemde ‘huisartsenpeilstations’. Deze cijfers hebben betrekking op 2021-2022.
Via ‘kerncijfers behoefte aan palliatieve zorg’ zijn de cijfers in te zien over de tijd heen en op diverse niveaus (consortium, netwerk, provincie en zorgkantoorregio).
|
Cijfers
Locatie van overlijden
Overlijden op locatie van voorkeur
Context
Over het algemeen willen mensen thuis sterven, maar individuele gevallen kunnen hiervan afwijken1,2,3. Daarbij blijken patiënten minder waarde te hechten aan de fysieke plaats van sterven dan de cijfers doen vermoeden. ‘Thuis voelen’ is veel belangrijker dan ‘thuiszijn’, en ‘thuis’ blijkt een rekbaar begrip dat zich laat deconstrueren in een objectief, subjectief en spiritueel huis6. Hoewel patiënten over het algemeen thuis willen sterven, blijkt uit onderzoek dat de realisatie hiervan vaak nog een uitdaging is, mede door veranderende omstandigheden en capaciteitsproblemen7,8.
|
Aan de slag!
Er zijn verschillende projecten waarbij de (voorkeurs)plek van overlijden een rol speelt. Zo richt het project Continuüm van vertrouwen zich op het beter in kaart brengen van de wensen en behoeften van patiënten die thuis willen overlijden. Een zorgprotocol zorgt voor de uitvoering hiervan door onder andere betere samenwerking tussen zorgverleners. Daarnaast blijkt het palliatief zorgregister een belangrijk element om palliatieve zorg thuis te verbeteren, bijvoorbeeld omdat patiënten die in het register staan vaker thuis overlijden en minder vaak naar het ziekenhuis gaan.
|
1. de Roo, M., Miccinesi, G., Onwuteaka-Philipsen, B., Van Den Noortgate, N., Van den Block, L., Bonacchi, A., Donker, G., Lozano Alonso, J., Moreels, S., Deliens, L., Francke, A. L., & EURO IMPACT. (2014). Actual and preferred place of death of home-dwelling patients in four European countries: Making sense of quality indicators. PLoS One, 9(4), e93762.
2. de Schreye, R., Houttekier, D., Deliens, L., & Cohen, J. (2017). Developing indicators of appropriate and inappropriate end-of-life care in people with Alzheimer’s disease, cancer or chronic obstructive pulmonary disease for population-level administrative databases: A RAND/UCLA appropriateness study. Palliative Medicine, 31(10), 932-945.
3. Reyniers, T., Houttekier, D., Cohen, J., Pasman, H., & Deliens, L. (2014). The acute hospital setting as a place of death and final care: A qualitative study on perspectives of family physicians, nurses and family carers. Health & Place, 27, 77-83.
4. Kerncijfers behoefte aan palliatieve zorg. Verkregen van https://palliaweb.nl/publicaties/kerncijfers-behoefte-aan-palliatieve-zorg
5. SentiMELC studie (Monitoring End of Life Care aan de hand van een Sentinel netwerk van huisartsen). (2021).
6. Koekoek, B. (2014). Regie over de plaats van sterven. Een kwantitatieve en kwalitatieve verkenning. Utrecht: Universiteit Utrecht.
7. Gupta Strategists. (2024). De olifant de kamer uit. Een einde aan het taboe rondom het voeren van het gesprek in en over de laatste levensfase. Geraadpleegd op 5 juni 2024, via https://palliaweb.nl/getattachment/7aa199ac-ff1f-467d-a282-2642dffacd61/Gupta-rapport-De-olifant-de-kamer-uit.pdf?lang=nl-NL
8. Berenschot. (2024). Versterken Hospicezorg. Onderzoek naar huidige en toekomstig benodigde capaciteit. Geraadpleegd op 5 juni 2024 via: https://palliaweb.nl/getattachment/e24147e9-c2d7-46c6-91ff-6860d2239b73/20240527-Landelijk-Eindrapport-Onderzoek-hospicecapaciteit.pdf?lang=nl-NL
De kerncijfers zijn geanalyseerd door IKNL op basis van niet-openbare microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De SentiMELC-data is geanalyseerd door Bregje Onwuteaka-Philipsen van Amsterdam UMC.