Markering
Jaarlijks sterven in Nederland ruim 150.000 mensen. Bij een groot deel van deze mensen komt het overlijden niet onverwacht. Bij zo'n 70 procent van de sterfgevallen kan mogelijk behoefte zijn geweest aan palliatieve zorg. Door patiënten te markeren die een verhoogde kans hebben op achteruitgang en overlijden kan proactieve palliatieve zorg tijdig opstarten. Zo kunnen de waarden, wensen en behoeften van patiënten worden besproken en vastgelegd.
Wat is markering in de palliatieve fase?
Markering van de palliatieve fase is het expliciet vaststellen van de overgang naar een zorgfase waarin de kwaliteit van leven en sterven centraal staat, in plaats van de primaire focus op de genezing. Dat betekent een verschuiving van de doelstellingen en behandelaanpak. Naar aanleiding van de markering van de palliatieve fase, onderneemt de (regie)behandelaar acties om de palliatieve zorg op te starten.
In een later stadium dienen ook de vaak geleidelijke overgang van meer ziektegerichte behandeling naar meer symptoomgerichte behandeling en de stervensfase gemarkeerd te worden.
Waarom is markering belangrijk?
Het markeren van de palliatieve fase en daarover in gesprek gaan met de patiënt, biedt de patiënt en naasten de kans na te denken over wat zij belangrijk vinden in deze periode van hun leven en hierin passende keuzes te maken.
In de palliatieve fase verandert het doel van de zorg en behandeling. Kwaliteit van leven en sterven staat voorop. Een ander doel betekent ook dat de voor- en nadelen van een behandeling in deze fase anders worden afgewogen. De patiënt zal over het algemeen minder belasting en bijwerkingen van de behandeling accepteren als genezing niet meer mogelijk is.
Podcast over markeren
Ontdek via PalliaPodcast onder meer de podcast De palliatieve fase van de ziekte begint en luister naar ervaringen van collega's over het onderwerp markering.
Kan ik markeren?
Iedereen die, formeel of informeel, betrokken is bij de patiënt kan signaleren dat de patiënt zich mogelijk in de palliatieve fase bevindt.
Signalen zijn onder andere toename van ziekte of kwetsbaarheid, toename van symptoomlast, het optreden van complicaties of achteruitgang van functionaliteit. Deze signalen dienen besproken te worden met de (regie)behandelaar.
De surprise question
Iedere zorgverlener kan zichzelf de zogeheten surprise question stellen: ‘Zou het mij verbazen wanneer deze patiënt in de komende 12 maanden komt te overlijden?’
Nee? Dan markeert dit het stadium waarin het doel van de behandeling verschuift van curatief naar palliatief.
Als een zorgverlener de surprise question met ‘nee’ beantwoordt, bespreekt hij dit met de (regie)behandelaar.
De (regie)behandelaar markeert dan de palliatieve fase en gaat met de patiënt en diens naasten in gesprek over de wensen en behoeften in deze fase.
De (regie)behandelaar peilt vooraf in hoeverre zij openstaan voor dit gesprek en over de benodigde veerkracht beschikken om de informatie te verwerken.
Ga aan de slag met markering!
- Stel jezelf de komende week bij iedere patiënt de surprise question en onderneem actie als het antwoord ‘nee’ is.
- Bespreek jouw signaal met de (regie)behandelaar.
- Als (regie)behandelaar: start proactieve zorgplanning.
- Voor sommige patiënten of kwetsbare ouderen is een vervolgvraag helpend: 'Zou ik verbaasd zijn als deze patiënt over een jaar nog leeft?'. De combinatie van deze twee vragen heet de dubbele surprise question.
- Maak er een gewoonte van om met elkaar de (dubbele) surprise question te beantwoorden tijdens vaste overleggen met collega’s, zoals een MDO of zorgplanbespreking.
- Gebruik het meetinstrument SPICT-NL om personen te identificeren die een verhoogd risico hebben op achteruitgang van hun gezondheid.
- Ga na of het HIS of EPD systeem dat je gebruikt, de mogelijkheid heeft om ondersteunen bij het signaleren van de mogelijke noodzaak tot markeren.
- Vertel de patiënt en naasten dat er voor hen informatie te vinden is op Overpalliatievezorg.
- Bespreek je ervaringen met een collega en leer van elkaar.
'De surprise question kan een goed hulpmiddel zijn om een beeld te krijgen van de situatie, maar is niet voor elke situatie of ziektebeeld passend. Wensen en behoeften rondom (toekomstige) palliatieve zorg kunnen - als de situatie het toelaat en de patiënt ervoor open staat - ook besproken worden als je niet verwacht dat de patiënt binnen een jaar komt te overlijden.'
Carolien Burghout, verpleegkundig specialist Jeroen Bosch Ziekenhuis
Meer weten over Markering?