Van morfine naar methadon in welke verhouding?
- Datum publicatie 11 januari 2018
- Organisatie e-pal
Samenvatting
Wat is de juiste MMEDR (Morpine-Methadone-Dose-Ratio)? Of: In welke gewichtsverhouding vervang je morfine oraal door methadon?
Op Tenerife zocht men dit uit. Retrospectief werd nagegaan welke factoren significant en onafhankelijk samenhingen met deze verhouding. De patiënten groep bestond uit mensen met kanker in een gevorderd stadium bij wie deze opioïdrotatie nodig was wegens onvoldoende pijnbestrijding (pijn ondanks 300% meer morfine in twee weken) of onacceptabele bijwerkingen (myoclonus, hallucinaties, delier). Alleen patiënten bij wie de rotatie na tien dagen succesvol was werden in de studie opgenomen. Dan moesten ze stabiel ingesteld (72u geen dosisverandering) zijn en vrij van pijn en bijwerkingen. De opioïdrotatie ging als volgt: Morfine oraal werd gestaakt, methadon oraal gestart in een gewichtsverhouding 5:1. Echter kreeg de patient meer dan 600mg dd, was de morfine snel verhoogd, had de patient angst of delier of was er een nierfunctiestoornis dan startte men met een verhouding 1:10. Deze methadondosis werd per 48-72u verhoogd of verlaagd met 30-50 procent tot de patient naar het oordeel van artsen en verpleegkundigen vrij van pijn en bijwerkingen was. De overige medicatie bleef onveranderd. Per patiënt werd een groot aantal gegevens verzameld zoals leeftijd, geslacht, soort tumor en metastasering, diverse hematologische en biochemische parameters, morfinedosis en duur van de toediening. Eerst werd in een univariate analyse bekeken welke gegevens een significante rol speelden bij de MMEDR op dag 10. Daarna werd in een multivariate analyse bepaald welke van deze factoren een onafhankelijke invloed op de MMEDR hadden.
Resultaten
Van de 980 (in vijf jaar) opgenomen patiënten ter verbetering van de pijnbestrijding werd deze rotatie uitgevoerd bij 74 van de patiënten, bij 54 daarvan (73%) met succes. Univariaat bleken alleen de dosis morfine, de rotatiereden (pijn of bijwerkingen) en de leeftijd gecorreleerd aan de MMEDR. De factor leeftijd bleek bij multivariate analyse geen onafhankelijke bijdrage te leveren. Zo kwamen de onderzoekers tot de volgende resultaten:
- MMEDR bij:
- bijwerkingen als rotatiereden en morfine >300mg dd 9.1:1
- pijn als rotatiereden en morfine >300mg dd 4.9:1
- bijwerkingen als rotatiereden en morfine <300mg dd 5.6:1
- pijn als rotatiereden en morfine <300mg dd 3.0 :1
Conclusie is dus: Neem een relatief lagere dosis methadon als morfinebijwerkingen de reden van de rotatie zijn en ook als de morfinedosis hoog was.
Commentaar
Het aantal in de studie opgenomen patiënten is vrij laag. Subjectieve beoordeling niet uitgesloten, maar waarschijnlijk niet van grote invloed op het resultaat. Het idee om op deze manier vuistregels te ontwerpen voor de uitvoering van opioidrotatie van morfine naar methadon is goed en verdient navolging. Wellicht kan dit beter multicentered worden gedaan om aan voldoende casus te komen.
Over de publicatie
Benitez-Rosario, M.A., et al (2009). Morphine-MethadoneOpioid Rotation in Cancer Patients: Analysis of Dose Ratio Predicting Factors. J Pain Symptom Manage 37;1061-1068.
Deze bijdrage is onderdeel van e-pal - editie januari 20118. Alle e-pal-artikelen staan hier.