Geloof: 'Een palliatieve patiënt heeft geen (behandelbare) depressie meer' ontkracht?
Publicatie

Geloof: 'Een palliatieve patiënt heeft geen (behandelbare) depressie meer' ontkracht?

  • Datum publicatie 24 januari 2018
  • Auteur Ingrid Pladdet
  • Organisatie e-pal
Voor vragen, neem contact op met:
Laatst geactualiseerd: 24 januari 2018

Inleiding

De best mogelijke kwaliteit van leven (QoL) is een doel in de palliatieve zorg. Veel somatische symptomen bij kankerpatiënten kunnen een depressie maskeren. Daardoor worden deze patiënten mogelijk onderbehandeld en hebben ze een slechtere levenskwaliteit . Om dezelfde reden is er ook weinig wetenschappelijk onderzoek naar de bijdrage van depressie op QoL bij kankerpatiënten.

Methoden

In deze Europese studie is met gegevens uit zeventien centra onderzoek gedaan naar de invloed van depressie (DSM-V) onafhankelijk van somatische symptomen bij 563 patiënten. Voor somatische last werd gekeken naar Global Health/QoL, diagnose, behandeling, karnofsky score, albumine, crp, de Glasgow Prognostic Score (mGPS), Symptom burden (met ESAS) en pijn inventory. Voor de beoordeling van depressie werd de Patient Health Questionaire-9 (PHQ-9), een zelfreport instrument en de DSM-V gebruikt. Uit de PHQ-9 werden de somatische items verwijderd.

Resultaten

Opvallend resultaat was dat slechts 53,6 % (563) van de initiële patiëntengroep complete datasets hadden en daarmee meededen met de analyse. De patiënten waren significant vaker vrouw, Noors, intramurale patiënten met gastro-intestinale tumoren, die zowel behandeling als opioïden kregen. In de univariate analyse was alleen sprake van een significant lagere QoL bij gastro-intestinale tumoren, monotherapie met chemotherapie, geen opiaatgebruik en slechte prognose met meer symptoomlast en depressie. In de uiteindelijke multivariate analyse bleek mGPS (1,3 %), lage karnofsky (2%), eetlustverlies (1,6%), kortademigheid (1,0% ) en slechte pijnscores (1,3%) bij te dragen aan een slechter QoL. Depressie alleen droeg in de analyse 7,1% bij aan de lage QoL scores. Deze sterkte associatie van depressie met QoL-scores werd dan ook als belangrijke bevinding door de auteurs genoemd. Tevens was 11% van de deelnemers depressief (major depression) volgens DSM-V-criteria.

Discussie

Als zwakke punten in de studie noemen de auteurs de bias van minder zieke patiënten in de studiegroep en het gebruik van een self-reported screeningstool voor depressie. Sterk punt zou zijn het grote, internationale karakter van de goed gedefinieerde studiegroep.

Conclusie

De auteurs vinden in de literatuur dat, ondanks een hoge prevalentie van depressie, weinig mensen met vergevorderde kanker hiervoor behandeling krijgen of te laat starten. Dit in combinatie met de uitkomsten van deze studie doet ze concluderen dat er een noodzaak is voor verbetering van detectie en behandeling van depressie bij deze patiëntengroep.

Commentaar

Ondanks de uitgebreide argumenten van de auteurs over het altijd moeilijk te meten begrip kwaliteit van leven en depressiemeting is deze studie een magere uitkomst. Eigenlijk is er weinig significant bewijs hoeveel depressie nu bijdraagt aan de mindere kwaliteit van leven ten opzichte van bijvoorbeeld somatische symptomen. Het lijkt erop dat wederom het meten van onafhankelijke determinanten voor kwaliteit van leven in de wetenschap moeilijk is.

Over de publicatie

Grotmol, A., et al (2017). Depression- a Major contributor to poor Quality of life in patients with advanced cancer. J Pain symptom manage 54;889-897

Deze bijdrage is onderdeel van e-pal - editie januari 2018. Alle e-pal-artikelen staan hier.

Voor vragen, neem contact op met:
Laatst geactualiseerd: 24 januari 2018
Niet gevonden wat je zocht?
Mail de redactie
Mail de redactie met jouw evenement, nieuws of tool waar anderen baat bij kunnen hebben. Suggesties of klachten over informatie zijn ook zeer welkom. Met jouw inbreng kunnen we Palliaweb verbeteren.