'AI weet veel meer dan een individuele zorgverlener kan weten' - Pallium-interview met Egge van de Poel
Publicatie

'AI weet veel meer dan een individuele zorgverlener kan weten' - Pallium-interview met Egge van de Poel

  • Datum publicatie 20 maart 2025
  • Auteur Rob Bruntink
  • Organisatie Palliaweb
Voor vragen, neem contact op met:
Redactie Palliaweb PZNL
Laatst geactualiseerd: 20 maart 2025

De combinatie artificiële intelligentie (AI) en palliatieve zorg is al lang geen toekomstmuziek meer, weet Egge van der Poel. Van der Poel is gepromoveerd in de experimentele deeltjesfysica met daarnaast een bachelor als filosoof. Hij is docent en een veelgevraagd spreker en adviseur op de thema’s (Big) Data en artificiële intelligentie. 'AI kan ervoor zorgen dat de arts méér persoonlijk contact kan hebben met zijn patiënten.' 

Artificial intelligence wordt op allerlei manieren ingezet in palliatieve zorgverlening (zie kader). Valt er in het algemeen iets te zeggen over hoe men zich momenteel in de gezondheidszorg tot AI verhoudt? Is er huiver? Desinteresse? Gretigheid? 

'Eigenlijk alles wat je noemt. AI is natuurlijk een heel breed terrein, en ‘gezondheidszorg’ is ook een breed begrip, maar als ik de houding vanuit de gezondheidszorg richting AI moet samenvatten, dan kom ik uit op een interesse die gepaard gaat met een gezonde dosis kanttekeningen. In de kern maakt AI het mogelijk allerlei soorten werk efficiënter te doen. Het mooie is echter dat het in de praktijk niet alleen om die efficiëntie draait. Even goed komt ethiek om de hoek kijken.' 

Kun je daar een voorbeeld van noemen? 

'Denk aan de ontwikkeling van richtlijnen. Ook in de palliatieve zorgwereld zijn er daar vele tientallen van. Gemiddeld worden ze om de paar jaar geactualiseerd. De kennis wordt vertaald in protocollen die in de zorgpraktijk veel gebruikt worden. Zorgprofessionals baseren daardoor een belangrijk deel van hun handelen op die richtlijnen. Echter: op het moment dat de richtlijn gepubliceerd wordt, is hij eigenlijk al verouderd. Er komt voortdurend nieuwe kennis bij. Er zijn bedrijven, zoals Alii, die erop gericht zijn om actuele kennis zo snel mogelijk beschikbaar te krijgen in de zorgpraktijk. Zij gaan ervan uit dat richtlijnen sneller een update kunnen krijgen. AI kan daarin helpen, óók in het verspreiden van die informatie. Dat is belangrijk, omdat je zodoende kunt voorkomen dat in het ene ziekenhuis vanuit de meest actuele kennis wordt gewerkt terwijl er in het andere ziekenhuis met de – inmiddels – achterhaalde kennis wordt gewerkt. Dit roept ethische vragen op: het is immers niet verantwoord te noemen als artsen zich in hun behandelvoorstellen baseren op achterhaalde kennis. Op de keper beschouwd, werkt de gezondheidszorg van nu in een takketraag leersysteem. Willen we dat? Het is een relevante vraag. Dus zo zie je hoe de introductie van AI ook ethische discussies aanzwengelt.' 

Ik heb een keer wat onderzoeksresultaten gelezen over de introductie van domotica in een hospice. Dankzij domotica konden gasten in het hospice zelf hun gordijnen dicht doen, lampen aan en uit doen, muziek aanzetten, et cetera. De gasten vonden het geweldig, maar de zorgprofessionals en vrijwilligers waren minder enthousiast. Ze misten hierdoor aanknopingspunten om contact met de gasten te maken. 

'Er bestaat inderdaad de gedachte dat techniek een negatieve invloed kan hebben op het menselijke contact. Toch ben ik daar niet zo van overtuigd. Ik zie ook dat techniek de mate van menselijk contact juist kan versterken. Denk daarbij aan ‘de knuffelrobot’ die in diverse verpleeghuizen is geïntroduceerd. Bewoners van verpleeghuizen ervaren dat daadwerkelijk als waardevol contact. Ik denk ook aan de programmaatjes die artsen kunnen inzetten,waardoor AI van de ontmoeting tussen arts en patiënt in de spreekkamer direct een verslag maakt. Dat voorkomt de irritante ervaring van veel mensen dat een arts tijdens een gesprek voortdurend op zijn monitor kijkt omdat hij tijdens het gesprek op zijn toetsenbord aan het rammelen is. De tijd die de arts bespaart door AI het verslag te laten maken, kan hij besteden aan de persoon die tegenover hem zit. Met andere woorden: AI zorgt er juist voor dat de arts méér persoonlijk contact kan hebben.' 

Een variant op de knuffelrobot lijken de AI-chatbots te zijn: apps als Character.AI en Replika zorgen ervoor dat mensen zich gehoord voelen, waardoor gevoelens van eenzaamheid verminderen. Trouw berichtte daar recent uitvoerig over

'Inderdaad, die apps zijn razend populair geworden, met inmiddels al vele miljoenen downloads tot gevolg. Specifiek voor de palliatieve zorgwereld is het interessant om in de gaten te houden hoe zogeheten ‘rouwbots’ zich ontwikkelen: digitale versies van overleden personen, die ingezet kunnen worden in verliesverwerking. Er zitten een paar fascinerende kanten aan het gebruik hiervan. Bijvoorbeeld het feit dat die rouwbots hoofdzakelijk opgebouwd kunnen worden op basis van de informatie die overledenen op hun telefoon of op internet achterlaten. Wil je als overledene wel dat dat gebeurt? In de maatschappij is er nog weinig aandacht voor die vraag. Een andere fascinerende kant is de vraag in hoeverre dit echt nieuw is. Praten met overledenen is in andere culturen dan onze Westerse eerder regel dan uitzondering, ook al noemen wij dat dan ‘geesten’ en geen ‘rouwbots’. Het is in feite hetzelfde, maar dan in een andere vorm.' 

Verwacht je dat de inzet van rouwbots een brede toepassing gaat krijgen? 

'Ik vind het lastig om daar een inschatting van te maken. Als iemand een belang heeft bij een bredere introductie van deze toepassing, dan zal het zeker gebeuren. En gebeurt dat niet in Nederland of Europa, dan gebeurt het wel in de Verenigde Staten. Zoals ik het nu zie, is een voortzetting van het contact met een overledene in de vorm van een rouwbot een ongezonde uiting van het ontkennen van de dood. Het is de vraag of je dit moet willen. Maar het past wel heel erg in het maakbaarheidsdenken.' 

Wat gaat de invloed van de verwachte personeelsschaarste worden op de mate waarin AI in de zorg wordt ingezet?  

'Die zal zeker een stimulerende invloed hebben. Ken je het succesverhaal van Delft Imaging op gebied van de tuberculosebestrijding? Het bedrijf ontwikkelde een mobiele scanner om vroege stadia van besmetting op te sporen. Die scanners worden massaal ingezet, inmiddels in meer dan 75 landen. In die landen is nauwelijks personeel beschikbaar om die testen te verrichten. En dús deed technologie daar haar intrede. Zoiets kan ook in Nederland gebeuren. Dat we in feite geen keuze meer hebben. Nu zie je nog best vaak dat AI ingezet wordt om zorgverleners te ondersteunen, bijvoorbeeld bij het voorleggen van behandelbeslissingen. Dat is een luxe situatie, want in Nederland ís er nog personeel. Als er minder personeel beschikbaar is, kan AI leidend worden in het voorleggen van behandelbeslissingen. Dan gaat het veel verder dan het ondersteunen.' 

Is dat positief of negatief te noemen? 

'Ik denk dat het een – weliswaar romantische - voorbijgaande gedachte is dat er altijd voldoende zorgprofessionals beschikbaar zullen blijven. Het persoonlijke contact tussen een zorgprofessional en een patiënt zal schraler worden.' 

Ik hoor je min of meer al zeggen dat dat niet per se betekent dat de zorg er slechter van wordt. 

'Klopt. Doe maar eens even alsof je een ongeneeslijk zieke patiënt bent. Jij verwacht advies van een arts over een behandeling. Wil je dat die arts zich baseert op zijn eigen ervaring, of wil je dat die arts zich baseert op eigen ervaring én een enorme hoeveelheid data die dankzij AI beschikbaar is? Het leervermogen van AI is echt enorm. Tegen dat collectief kan een individuele arts niet op. Dus ik denk dat jij, als patiënt, die collectieve kennis veel belangrijker vindt. Dankzij die kennis krijg je echt een beter advies. Ik vergelijk het voor het gemak maar even met een voorgenomen vakantiereis. Hoe maak jij je keuze, en door wie laat je je adviseren? Wil je naar het reisbureau dat zes boekjes in de etalage heeft liggen? Of wil je naar het reisbureau dat alle bestemmingen van de wereld kent en daarnaast TripAdvisor inschakelt om naar de 320 miljoen beschikbare beoordelingen te kijken?' 

Kort maar krachtig gesteld klinkt het alsof AI de beste zorgprofessional is. 

'Als het om het verwerken van grote hoeveelheden informatie gaat is dat zeker het geval. Ik ken dokters die aan ChatGPT vragen of een bepaald behandelvoorstel het beste voorstel is. Daaruit spreekt het inzicht dat AI méér kan weten dan jij als individu. En dat is natuurlijk ook zo. Dus die voor sommigen misschien wat nederig overkomende houding is voor patiënten de allerbeste houding. Maar John Lennon zong ooit ‘Life is what happens to you while you’re busy making other plans’. In ons boek Geheelmeesters parafraseren we hem als volgt: ‘Healthcare is what happens to you while you’re busy making treatment plans’. Ofwel: er blijft nog veel moois te doen voor menselijke zorgprofessionals.' 


Pallium was het eerste vakblad over palliatieve zorg. In januari 2023 kwam het laatste fysieke exemplaar van dit tijdschrift uit. In overleg met de Palliaweb-redactie is besloten het Pallium-interview maandelijks door te zetten op Palliaweb. Dit interview is hier een onderdeel van. Bekijk alle Pallium-interviews.  

 

Voor vragen, neem contact op met:
Redactie Palliaweb PZNL
Laatst geactualiseerd: 20 maart 2025
Niet gevonden wat je zocht?
Mail de redactie
Mail de redactie met jouw evenement, nieuws of tool waar anderen baat bij kunnen hebben. Suggesties of klachten over informatie zijn ook zeer welkom. Met jouw inbreng kunnen we Palliaweb verbeteren.