Hoe krijg je zicht op de waarden, wensen en behoeften van de naaste die wilsonbekwaam is?
Tijdens de inhoudelijke bijeenkomst van het Leerwerkplatform op 27 februari 2024 kwamen Moniek Zijlstra, implementatiespecialist bij ZonMw en Pieter (naaste) aan het woord.
Pieter heeft een zus (65 jaar) met het syndroom van Down. Zij woont al geruime tijd in dezelfde zorginstelling waar ze zich prettig voelt en een goede band heeft met de medebewoners en de groepsbegeleiding. Haar broer Pieter heeft met enige regelmaat gesprekken met haar begeleiders en de arts verstandelijk gehandicapten (arts vg) van de instelling over haar toenemende lichamelijke achteruitgang. Ook geestelijk wordt ze zwakker waardoor ze niet meer in staat is om te reflecteren op haar eigen situatie. De gesprekken die Pieter heeft worden in overleg met hem vastgelegd in het dossier van zijn zus.
Pieter geeft aan dat hij het moeilijk vindt om in haar plaats beslissingen te nemen over wat er met haar moet gebeuren als ze nog verder achteruitgaat en bv een longontsteking krijgt. Toch voelt hij zich gesteund door de gesprekken met de zorgprofessionals omdat hij daardoor een betere inschatting kan maken van wat het beste is voor zijn zus. Hij kan daardoor dit gesprek ook beter aangaan met zijn andere zus, die wat meer op afstand staat.
“Door de gesprekken ‘proactieve zorgplanning’ met de zorgprofessionals die mijn zus goed kennen, weet ik beter wat ik kan verwachten als mijn zus verder achteruitgaat en wat we het beste kunnen doen als mijn zus nu bijvoorbeeld ook nog een zware longontsteking zou krijgen. Ik heb er door deze gesprekken meer vrede mee dat ik dan het ‘goede’ besluit neem.”
Pieter, naaste