Download hele richtlijn
Stappenplan
Diagnostiek
- Anamnese en lichamelijk onderzoek.
- Laboratoriumonderzoek ter vaststelling van dehydratie, de oorzaak en/of ernst daarvan en van elektrolytstoornissen (alleen indien dit consequenties heeft voor de besluitvorming rond behandeling en toediening van vocht).
- Inventariseren van de wensen van de patiënt en de naasten.
Beleid
- Algemene maatregelen (onafhankelijk van de uitkomst van de besluitvorming):
- optimale lichaamsverzorging
- goede mondverzorging
- indien mogelijk: staken of wijzigingen van medicatie (o.a. diuretica, middelen met anticholinerge (bij)werking, opioïden)
- Besluitvorming rond het te volgen beleid, waarbij een afweging gemaakt wordt van verschillende factoren:
- het al dan niet bestaan van een reversibele en/of behandelbare oorzaak van de dehydratie
- de snelheid van ontstaan van het vochttekort
- het bestaan van dorst en andere symptomen die verband (kunnen) houden met dehydratie
- de verwachte invloed van vochttoediening op de kwaliteit van leven (positief effect, geen effect of negatief effect)
- haalbaarheid en wenselijkheid van vochttoediening
- de levensverwachting van de patiënt
- de wens van de patiënt en diens naasten
- Indien wordt besloten tot behandeling van de dehydratie:
- behandeling van de oorzaak, bijv. van braken, diarree, bloeding, hyperglykemie, hypercalciëmie, diabetes insipidus (indien mogelijk en zinvol)
- toediening van vocht
- oraal (als patiënt in staat is om te drinken): kraanwater of orale rehydratievloeistof
- via neussonde of PEG-katheter: bij mechanische of neurologische passagestoornissen van keel, slokdarm of maag: kraanwater, orale rehydratievloeistof en/of sondevoeding
- intraveneus via perifeer infuus of centrale lijn: 0,9% NaCl 1000-2000 ml/24 uur ter aanvulling van bestaande tekorten, 500-2000 ml/24 uur als onderhoud, evt. met toevoeging van KCl 30 mmol/l.
- subcutaan (hypodermoclyse): 0,9% NaCl 500-2000 ml/24 uur