Wondbedekkers

Keuze bepalen

De keuze van de wondbedekker wordt bepaald door:

  • observeerbare kenmerken van de wond:
    • kleur, grootte, diepte en vorm, wondranden, maceratie
    • de mate van exsudaat en bloedingsneiging is van invloed op de frequentie van verwisselen
    • geur: kan een aanwijzing zijn voor wondinfectie of van anaerobe bacteriën die goed gedijen in necrotisch weefsel
    • pijn gerelateerd aan de ziekte of ten gevolge van onjuiste verzorgingstechniek of ongeschikte wondbedekker
    • ontstekingsverschijnselen: roodheid, zwelling, warmte en pijn
    • plaats van de wond, bijv. op de stuit, waar druk en wrijving voorkomen moeten worden of rond een gewricht waar de wondbedekker en fixatie geen bewegingsbeperking mag opleveren
    • diepte van de wond; de wondbedekker moet bij een diepe wond het volledige wondbed raken
  • verpleegtechnische aspecten:
    • toepasbaarheid in de setting waarin de patiënt zich bevindt
    • verzorging van de wond op indicatie; dagelijkse wisseling van verband is vaak niet nodig en is belastend voor de patiënt
    • comfort van de patiënt
    • bekende overgevoeligheid voor verbandmaterialen of lokaal toegediende medicatie
    • vermijden van meerdere middelen in één wond (indien mogelijk)
    • kostenaspect (niet alleen productprijs, maar ook de verwisselfrequentie, benodigde tijd voor verbandwisseling en patiëntencomfort)
    • reiniging van de wond

Naarmate meer symptomen optreden, zoals geur, extreme exsudaatvorming en bloedingsneiging, kan het noodzakelijk zijn te kiezen voor verbandmaterialen die aan een groot aantal eisen moeten voldoen. Creativiteit en tijdig inspelen op snel optredende veranderingen is hierbij vaak noodzakelijk. Bij het gebruik van hulpmiddelen of het maken van aanpassingen, kunnen de fysiotherapeut, ergotherapeut of medisch instrumentmaker ingeschakeld worden. Het moeten beschikken over een groter assortiment materialen kan problemen geven bij de levering. Een goede samenwerking tussen de voorschrijvers (huisarts, specialist (ouderengeneeskunde), (wijk)verpleegkundige) en de apotheek is noodzakelijk. Veel materialen zijn niet dezelfde dag leverbaar of zijn moeilijk verkrijgbaar. Er moet rekening gehouden worden met de kleinste verpakkingseenheid die afgeleverd kan worden.

Enkele tips:

  • Betrek apotheker of medische speciaalzaak tijdig bij de problematiek die door het ulcus wordt veroorzaakt.
  • Maak gebruik van de databank van de apotheek, waarin de meeste verbandmaterialen per productgroep, afmetingen, firma en artikelnummers zijn te raadplegen.
  • Anticipeer tijdig op te verwachten problemen.
  • Bestel nieuwe artikelen vóór donderdag en voorkom dat de patiënt in het weekend zonder komt te zitten.
  • Bestel kleine hoeveelheden indien een product moet worden uitgeprobeerd.
  • Bestel bij voorkeur vóór 12 uur, zodat de apotheek of medische speciaalzaak de mogelijkheid krijgt dezelfde dag te leveren.

Mogelijke wondbedekkers

De laatste jaren zijn veel verschillende wond- en verbandmaterialen ontwikkeld waardoor de kwaliteit van de materialen sterk is verbeterd (zie Wondmaterialen). Door de snelle ontwikkelingen is het mogelijk dat recent geïntroduceerde materialen nog niet vermeld zijn.

Veel ziekenhuizen, verpleeghuizen en thuiszorgorganisaties beschikken over een verpleegkundig specialist of consulent wondzorg, die advies kunnen geven over de beschikbare wondbedekkers voor specifieke toepassingen. Bovendien zijn in veel regio's lokale afspraken of protocollen beschikbaar.

In deze richtlijn wordt slechts ingegaan op wondbedekkers die geadviseerd worden bij oncologische ulcera. Hieronder worden wondbedekkers besproken die in aanmerking komen voor gebruik bij oncologische ulcera.

Alginaten

Dit zijn in de natuur voorkomende polysachariden die met name worden gevonden in bepaalde soorten bruin zeewier. Het voornaamste bestanddeel is alginezuur.
Toepassing: met name bij gele en zwarte wonden met veel viskeus exsudaat en/of bloedingsneiging.
Eigenschappen:

  • reiniging van de wond door opname van débris en bacteriën
  • hoge absorptiecapaciteit
  • geurbeperking
  • lichte bloedingstelpende werking
  • ontbreken van toxische of allergische reacties
  • aanpassing aan het reliëf van de wond
  • makkelijke en pijnloze verwijdering uit de wond
  • biologische afbreekbaarheid (vezels die in de wond achterblijven worden afgebroken)

Hydrofibers of hydroactieve verbanden

Deze zijn gemaakt van polyurethaangels en bevatten hydrocolloïd partikels of bestaan uit puur hydrocolloïd.
Toepassing: bij rode en gele wonden met veel exsudaat.
Eigenschappen:

  • aanpassing aan het reliëf van de wond
  • reiniging van de wond door opname van débris
  • hoge absorptiecapaciteit
  • makkelijke en pijnloze verwijdering uit de wond

Hydrogels

Dit zijn complexe netwerken van polymere verbindingen van bijvoorbeeld polyethyleenoxide waarbinnen het uitzettende medium (water) vastgehouden wordt. De hydrogels bevatten 80-99% water.
Toepassing: bij droge wonden.
Eigenschappen:

  • zelden overgevoeligheidsreacties
  • polsterwerking: het veerkrachtig oppervlak beschermt de wond tegen mechanische druk van buitenaf
  • plakken niet aan de wond
  • reiniging van de wond door oplossen van fibrinebeslag (gele wond) of hydratie van necrotisch weefsel (zwarte wond)
  • creëren van een vochtig milieu (wees bedacht op uitdroging van de gel, bijv. door afdekken met een vet gaas)
  • verkoelend en pijnstillend effect
  • niet toepasbaar bij anaërobe infecties

Schuimverbanden

Deze bestaan uit een foam, meestal van polyurethaan. De schuimlaag is semipermeabel en laat vocht en gassen door. Er zijn schuimverbanden voorzien van een licht tot sterk klevende pleister en zelfklevende uitvoeringen.
Toepassing: bij rode wond met veel exsudaat. Kan ook als polsterverband worden gebruikt.
Eigenschappen:

  • hoge absorptiecapaciteit
  • polsterwerking: het veerkrachtig oppervlak beschermt de wond tegen mechanische druk van buitenaf
  • sommige kunnen op maat geknipt worden
  • fixatie is meestal nodig
  • warmte-isolerende werking

Absorberende verbanden

Absorberende verbanden bestaan uit een absorberende kernlaag die wondvocht onbeperkt opneemt en een vochtafstotende toplaag die beschermt tegen doorlekken.
Toepassing: afdekking van andere wondbedekkers zoals alginaat of hydrofiber bij wonden met veel exsudaat.
Eigenschappen:

  • hoge absorptiecapaciteit
  • kans op bacteriegroei en op het ontstaan van onaangename geuren indien het verband niet tijdig gewisseld wordt

NB Geen non-woven gazen onder absorberend verband toepassen.

Wondcontactmaterialen

Wondcontactmateriaal bestaat uit een gaasachtig materiaal van kunststof dat niet vastplakt en afhankelijk van het product minimaal 24 uur kan blijven zitten.
Toepassing: bij rode, gele of zwarte wonden met weinig exsudaat.
Eigenschappen:

  • verkleeft niet met het wondbed
  • doorlaten van exsudaat via de mazen

NB Vette gazen bestaan uit een katoenen weefsel en moeten om de zes uur gewisseld worden omdat deze anders vastplakken. Ze zijn daarom niet geschikt voor het oncologisch ulcus.

Barrièrecrème en barrièrefilm

Toepassing: bij (dreigende) maceratie van de wondranden bij wonden met veel exsudaat of fistels met agressief wondvocht.
Eigenschap: bescherming van wondranden of omliggende huid 

Geurneutraliserende verbanden

Deze meer of minder absorberende verbanden bevatten geactiveerde koolstof (houtskool).
Toepassing: bij wonden met geurproblematiek.
Eigenschap: geurneutralisatie

Antibacteriële verbanden

Deze verbanden bevatten antibacteriële producten zoals honing, zilver, antibiotica.
Toepassing: op indicatie kortdurend bij geïnfecteerde wonden.
Eigenschap: bestrijden wondinfectie

Hemostatische materialen

Deze producten bestaan uit cellulose, collageen of gelatine.
Toepassing: bij wonden met ernstige bloedingsneiging.
Eigenschap: activering van het stollingsmechanisme en versnelling van de fibrinevorming

Fixatie van verband

Fixeren van het verband kan vanwege de locatie van het ulcus moeilijk zijn en vereist inventiviteit. Soms kan gebruikgemaakt worden van kledingstukken zoals een strak T-shirt, beha, strakke onderbroek of fietsbroek.
Het verband voor een groot oncologisch ulcus aan de kaak of hals kan gefixeerd worden met een buisverband of mondmasker.

Voor een wond op de thorax kan een hemdje of topje geknipt worden van een zacht buisverband. Hiervoor kan ook een elastisch disposable netbroekje worden gebruikt door de kruisnaad open te knippen.

Het verband onder de oksel kan gefixeerd worden door twee buisverbanden, één voor de thorax en één voor de bovenarm. Onder de oksel en op de schouder kunnen deze twee buisverbanden aan elkaar worden bevestigd met stukjes elastische zwachtel. Van dezelfde elastische zwachtel kunnen ook schouderbandjes worden geknipt.

Voor fixatie op het onderlichaam kan gebruikt worden gemaakt van fixatiebroekjes voor incontinentiemateriaal. Incontinentiemateriaal zelf kan ook gebruikt worden voor fixatie van een primair verband.

Er moet geen gebruikgemaakt worden van papieren fixatiemateriaal of zijdepleisters rechtstreeks op de huid. Als fixatie met pleister onvermijdelijk is dan deze bevestigen op een dunne hydrocolloïd of gebruikmaken van huidvriendelijke stretchpleisters.