Integrale benadering

Voorlichting

  • Geef voorlichting over de oorzaak van de diarree en het te verwachten beloop.
  • Geef uitleg dat voeding meestal niet de oorzaak is van diarree en dat ook bij niet eten ontlasting wordt geproduceerd.
  • Corrigeer misvattingen over het effect van zgn. ‘stoppende' voeding.
  • Benadruk het belang van adequate inname van vocht.
  • Bespreek voorwaarden voor een gunstige sanitaire omgeving. Laat patiënt zo mogelijk zelf naar het toilet gaan of gebruik maken van een postoel. Zorg voor zoveel mogelijk privacy.

Communicatie

  • Ga na of patiënt zelf ideeën heeft of al acties ondernomen heeft ter voorkoming of behandeling van diarree en wat het effect daarvan is.
  • Ga na of de patiënt bereid en in staat is het behandelingsadvies op te volgen.

Ondersteunende zorg

  • Bespreek wat de rol van de naaste kan zijn bij uitvoering van niet-medicamenteuze maatregelen, voedingsadviezen en therapietrouw.
  • Ga na of er ondersteuning/begeleiding gewenst is van professionele zorgverleners bij de uitvoering van leefregels, voedingsadviezen en therapietrouw. Denk hierbij aan (wijk)verpleegkundige en diëtist.
  • Geef aandacht aan eventuele gevoelens van schaamte bij incontinentie en geurproblemen.
  • Geef advies over adequaat incontinentiemateriaal en hoe dit verkregen en vergoed kan worden; consulteer of verwijs hiervoor eventueel naar een (wijk)verpleegkundige of stomaverpleegkundige.
  • Denk bij patiënten met een stoma of bij huidproblemen rond de anus aan overleg met of verwijzing naar een gespecialiseerd verpleegkundige op het gebied van stomazorg en fecale incontinentie (ook in de thuissituatie).

Zie voor punten van aandacht bij palliatieve zorg voor mensen met een niet-westerse achtergrond de Handreiking 'Palliatieve zorg voor mensen met een niet-westerse achtergrond'.