Therapeutic Touch (TT) en Healing Touch (HT) zijn verpleegkundige interventies die gebaseerd zijn op de gedachte dat de mens ook uit energie bestaat en dat deze energie bij ziekte uit balans is. De zorgverlener kan met het toepassen van TT of HT de energievelden (beter) in balans brengen met behulp van handbewegingen en lichte aanraking in combinatie met een intentie op de hele mens en innerlijke rust. Die aandachtige houding is een voorwaarde om verbinding te maken met het kind en diens energieveld. [Monzillo 2011] [Dossey 2013].
Therapeutic Touch is in de Verenigde Staten rond 1975 ontwikkeld als generieke energetische interventie. Healing Touch is in 1980 ontstaan als aanvulling op TT meerdere energetische technieken uit verschillende tradities bijeenbracht in een programma. Beide interventies zijn als verpleegkundige interventies opgenomen in de veel gebruikte classificatiesystemen NANDA (diagnoses) en de NIC (interventies). Dat geldt niet voor Reiki, een andere energetische interventie, die hier daarom niet beschreven wordt. Reiki werd ook niet genoemd in de knelpuntenenquête.
Door wie
TT en HT worden uitgevoerd door een zorgverlener of vrijwilliger die hiervoor een (voor verpleegkundigen geaccrediteerde) scholing hebben gevolgd (zie https://www.venvn.nl/afdelingen/complementaire-zorg/agenda/).
Hoe
TT en HT zijn geschikt voor kinderen van alle leeftijden. TT duurt 7-10 minuten, HT duurt, afhankelijk van de gekozen techniek, 4-45 minuten. Als voorbeelden worden de standaard TT interventie en HT voor ontspanning beschreven, zoals het in de meeste situaties gegeven kan worden, terwijl het kind zit of ligt. (zie bijlage Uitvoering Therapeutic Touch en bijlage Uitvoering Healing Touch). Belangrijk is vooral een comfortabele houding die zorgt voor optimale ontspanning. Bij HT wordt, afhankelijk van de klacht, voor een specifieke techniek gekozen. Enkele eenvoudige HT-technieken zijn na goede instructie over te dragen aan het kind zelf of de ouder. Overigens kunnen TT of HT ook aan broers en zussen en ouders gegeven worden ter ontspanning. Meer informatie over TT is te vinden op www.therapeutictouch.nl. Meer informatie over HT is te vinden op www.healingtouchbenelux.com. Er is ook een in de praktijk ontwikkelde TT-interventie voor de stervensfase (zie bijlage TT voor de stervensfase). Deze kan –na instructie – ook door ouders of vrijwilligers worden toegepast.
Omdat er nauwelijks studies zijn naar TT en HT bij kinderen al dan niet in de palliatieve fase, zijn ten behoeve van deze handreiking vier experts* gevraagd naar hun ervaringen met TT en HT bij kinderen in de palliatieve fase. Hun ervaringen en tips:
- De basis blijft het centeren en het richten van aandacht en intentie op heelheid ook bij kinderen.
- Kortere tijdsduur dan bij volwassenen, omdat kinderen sneller reageren dan volwassenen. Dit geldt zeker voor zeer jonge kinderen zoals baby’s en peuters. Rond de pubertijd hebben sessies dezelfde duur als bij volwassenen.
- Afhankelijk van de situatie kunnen de stappen worden aangepast in duur of volgorde. Bij zeer jonge kinderen wordt stap 4 van TT (activeren) (zie Uitvoering TT en Uitvoering HT) bijvoorbeeld achterwege gelaten.
- Leg TT en HT in eenvoudige woorden uit aan de ouders en/of het kind, met de nadruk meer op het beoogde effect (ontspanning, comfort, contact) dan op de veronderstelde werkzame elementen. Vertel dat TT en HT kunnen helpen pijn, angst en onrust te verminderen.
- Laat ouders aanwezig zijn als je TT of HT geeft. Ze kunnen dan zien wat het voor hun kind kan betekenen. De ervaring leert ook dat kijken naar TT of HT rust kan brengen bij de ouders.
- TT en HT kunnen in een eenvoudige vorm ook geleerd worden aan ouders.
- TT en HT kunnen ook aan de ouders worden aangeboden ter kennismaking, maar ook om de spanning en stress rond de zorg voor hun kind te verlichten. Wat goed is voor de ouders, helpt ook het kind.
* Met dank aan Jane Bies (Healing Touch Practitioner, Omaha VS), Elroly Groeneveld (kinderverpleegkundige UMCG en docent medische hypnose), Sheila Mee (pastoraal werker en HT docent Children’s Hospital & Medical Center Omaha, VS), Mieke Winters (kinderverpleegkundige Prinses Máxima Centrum voor Kinderoncologie en Integrative Medicine zorgverlener)
Therapeutic Touch (TT)
Algemene werkwijze standaard TT
Bied het kind TT aan en leg uit wat het ervan kan verwachten
- Leg uit wat je gaat doen.
- Vertel dat het kind zelf altijd kan aangeven te willen stoppen.
- Zorg voor privacy en een rustige omgeving.
- Help het kind een comfortabele houding aan te nemen, zoals ontspannen liggen of zitten, en knellende kleding los te maken.
- Vraag of het kind de ogen dicht wil doen om beter te ontspannen.
- Let goed op je eigen houding, met zo weinig mogelijk spanning in je lichaam.
- Voer vervolgens de vijf stappen van TT uit:
- Stap 1: centeren (voorbereiding).
- Zorg dat je goed in balans staat, laat je adem tot rust komen en richt je aandacht op het moment.
- Maak vervolgens verbinding met het kind door zacht je handen op diens schouders te leggen.
- Zorg dat je gedurende de volgende stappen gecenterd blijft.
- Stap 2: aftasten (verzamelen van informatie).
- Omdat de aanname is dat energie bij een gezonde persoon altijd in beweging is, probeer je met je handen waar te nemen waar de energie gestagneerd is.
- Dit doe je door rustige aftastende bewegingen te maken op ongeveer 5 cm van het lichaam, van boven naar beneden, aan de voor- en achterkant.
- Stap 3: harmoniseren (interventie).
- Hierbij richt je je intentie op een vrijere beweging van de energie, terwijl je langs het lichaam van het kind rustige strijkende bewegingen met je handen maakt, van boven naar beneden, aan de voor- en achterkant.
- Je kunt daarbij eventueel de rug en de onderbenen en voeten aanraken.
- Stap 4: activeren (interventie).
- Als de energie beter stroomt, kun je het lichaam van de patiënt activeren om zelf weer meer energie op te nemen.
- Dit doe je door een hand op de rug te leggen, met de intentie dat het lichaam zelf extra energie kan opnemen.
- Met je andere hand zorg je aan de buikzijde voor een goede doorstroming door je hand een aantal keer rustig voor langs de benen naar beneden te bewegen.
- Stap 5: afronden (evaluatie).
- Eventueel tast je het energieveld nog een keer af.
- Als het kind ontspannen is, maak je met je handen een ononderbroken rustige afrondende beweging, beginnend boven het hoofd naar de benen/voeten, met de intentie dat het de patiënt goed gaat.
- Je raakt vervolgens licht de schouders aan, als teken dat je klaar bent.
- Observeer tijdens de interventie de algemene toestand en het comfort van het kind.
- Adviseer het kind om na de interventie even rust te nemen en water te drinken. Vraag hoe het kind de behandeling heeft ervaren.
- Beschrijf in het zorgdossier waarom en hoe de interventie is toegepast, en welk effect werd ervaren c.q. geobserveerd.
- Stap 1: centeren (voorbereiding).
Aangepaste werkwijze
Deze aangepaste werkwijze kan ook eenvoudig aan ouders en naasten geleerd worden.
- Leg uit wat je gaat doen.
- Vertel dat het kind zelf altijd kan aangeven te willen stoppen.
- Zorg voor privacy en een rustige omgeving.
- Help het kind een comfortabele houding aan te nemen, zoals ontspannen liggen of zitten, en knellende kleding los te maken.
- Vraag of het kind de ogen dicht wil doen om beter te ontspannen.
- Let goed op je eigen houding, met zo weinig mogelijk spanning in je lichaam.
- Voer vervolgens de vijf stappen van de TT interventie uit met aanpassingen.
- Stap 1: centeren
- Stap 2: aftasten vervang je door het vasthouden van voeten en handen
- Begin met het vasthouden van een voetzool tegen de palm van je hand aan, de andere hand over de bovenvoet heen.
- Houdt de voet tenminste 1 minuut vast en open vervolgens rustig je handen terwijl je als het ware alle onrust uit de voetzool trekt.
- Vervolgens houd je de andere voet op dezelfde manier vast.
- Ga naast het kind staan of op een stoel zitten en neem diens hand in jouw handen, de palmen tegen elkaar en de duimen als een slot over elkaar, de andere hand over de rug van de rustende hand.
- Houd de hand 1 minuut vast, open je hand dan langzaam en neem als het ware alle overtollige onrust en spanning mee.
- Volg dezelfde procedure met de andere hand.
- Stap 3: harmoniseren
- Vervolgens maak je een rustige, ononderbroken strijkbeweging op ongeveer 10-15 centimeter boven het lichaam, beginnend net boven het hoofd tot aan de voeten, van boven naar beneden. Bij de voeten aangekomen trek je als het ware met allebei de handen de overtollige onrust en spanning eruit (alsof je een sok uittrekt).
- De beweging van boven naar beneden kun je een aantal keren herhalen.
- Stap 4: activeren vervang je door de hand-hart verbinding
- Om TT af te ronden ga je terug naar de linkerhand (verbinding met het hart), neemt deze in jouw handen, in de gesloten duim positie.
- Stel je voor dat vanuit jouw handen liefdevolle aandacht naar het hart van het kind stromen.
- Eventueel kun je de hand van het kind nog zacht en behoedzaam op diens hart leggen en je eigen hand daarover heen.
- Stap 5: afronden
- Na enkele minuten leg je zacht de hand terug naast het lichaam en laat je de hand voorzichtig los.
- Rond in gedachten af of gebruik het toedekken van het kind als afronding.
- Observeer tijdens de interventie de algemene toestand en het comfort van het kind.
- Adviseer om na de interventie even rust te nemen en water te drinken.
- Beschrijf in het zorgdossier waarom en hoe de interventie is toegepast, en welk effect werd ervaren c.q. geobserveerd.
Healing Touch (HT)
Algemene werkwijze HT
Deze algemene werkwijze is voor ontspanning (Glymphatic System Support 6-steps (GSS)).
Het is mogelijk om deze interventie aan ouders of naasten te leren
- Leg uit wat je gaat doen.
- Vertel dat het kind zelf altijd kan aangeven te willen stoppen.
- Zorg voor privacy en een rustige omgeving.
- Help het kind een comfortabele houding aan te nemen, zoals ontspannen liggen of zitten, en knellende kleding los te maken.
- Vraag of het kind de ogen dicht wil doen om beter te ontspannen.
- Let goed op je eigen houding, met zo weinig mogelijk spanning in je lichaam.
Voer vervolgens de stappen voor de GSS uit:
- Stap 1: centeren (voorbereiding)
- Zorg dat je goed in balans bent, laat je adem tot rust komen en richt je aandacht op het moment.
- Maak vervolgens verbinding met het kind door zacht je handen op diens schouders te leggen.
- Zorg dat je gedurende de volgende stappen gecenterd blijft.
- Stap 2: De 6 stappen van de GSS. Zorg ervoor dat je tijdens de handeling de juiste intentie blijft sturen. Elke handpositie duurt 1 tot 1,5 minuut.
- Plaats je handpalmen op de schedelrand.
- Houd één handpalm op de schedelrand en plaats één handpalm op het voorhoofd.
- Vorm kommen met je handpalmen en plaats deze voorzichtig op het voorhoofd en de ogen.
- Plaats je handpalmen op de kruin.
- Plaats je handpalmen op de slapen met je vingers richting de ogen.
- Plaats je handpalmen op de oren en zijkant van de nek.
- Stap 3: Leg je handen zacht op de schouders van het kind en geef aan dat de interventie is afgelopen. Je geeft het kind de tijd en ruimte om in het hier en nu te komen. Vervolgens strijk je met je handen vanaf de knieën naar de voeten om het kind te aarden.
- Observeer tijdens de interventie de algemene toestand en het comfort van het kind.
- Adviseer het kind om na de interventie even rust te nemen en water te drinken.
- Beschrijf in het zorgdossier waarom en hoe de interventie is toegepast, en welk effect werd ervaren c.q. geobserveerd.
Indicaties:
- pijn;
- angst;
- vermoeidheid;
- slechte stemming;
- slechte slaapkwaliteit.
In de praktijk is ook positieve ervaring opgedaan met TT en HT bij:
- verwerkingsproblematiek;
- obstipatie;
- kortademigheid.
Contra-indicaties
- als het kind (of een ouder) weerstand heeft tegen de interventie.
Het menselijk energieveld is een concept dat afwijkt van het dominante biomedische paradigma en er is nog weinig bekend over hoe het werkt [Matos 2021]. De aanname dat het bestaat sluit echter wel aan bij enkele traditionele behandelwijzen, zoals de traditionele Chinese geneeskunde. Ook in verpleegkundige theorieën wordt dit concept beschreven, met name in de ‘Science of Unitary Human Beings’ van de Amerikaanse verpleegkundig theoreticus Martha Rogers [Rogers 1989, Malinski 2006]. Zij gaat ervan uit dat de relatie tussen mens en omgeving bestaat uit een voortdurende uitwisseling van energie en informatie. De theorie van de Science of Human Caring beschrijft het energieveld als een van de fundamentele pijlers onder de zorgrelatie [Watson 2008]. In een verpleegkundige conceptanalyse op basis van 81 publicaties wordt een energieveld dat in balans is gedefinieerd door beweging (‘flow’), ritme, symmetrie en lichte vibratie [Shields 2017].
Er zijn weinig studies naar TT en HT in de palliatieve setting en nog minder met kinderen in de palliatieve fase. De studies die er zijn betreffen vaak kleine aantallen en zijn van lage kwaliteit. Vaak ontbreken protocollen en/of gestandaardiseerde rapportage waardoor onduidelijk is hoe de interventie is toegepast (Coakley 2012). Gegeven deze beperkingen laten de studies naar TT en HT bij volwassenen in de palliatieve fase en/of met kanker zien dat beide interventies kunnen helpen bij pijn, vermoeidheid, beter inslapen, depressieve gevoelens (zie Handreiking voor volwassenen). Er zijn geen studies bij andere patiëntgroepen, waaruit blijkt dat TT en HT bijwerkingen hebben of niet goed te combineren zijn met standaard (medicamenteuze) zorg.
In een pilotstudie onder negen kinderen met kanker die HT kregen tijdens de stabilisatiefase van hun kankerbehandeling gaf HT meer stressreductie dan een vergelijkbare periode van rust (Kemper 2009). Volgens Kemper [2004] is er behoefte aan meer onderzoek naar de optimale duur en frequentie van TT en HT bij kinderen, hoe lang het effect aanhoudt, welke factoren een goede respons op de interventie voorspellen en wat de kosten en voordelen zijn van implementatie van TT en HT.
Studies naar de algemene ervaringen van kinderen met TT of HT concluderen dat de interventies veilig en gemakkelijk toepasbaar zijn [Kemper 2004] en dat kinderen het energieveld kunnen ervaren. Soms kunnen ze het bijvoorbeeld voelen als warmte of als beweging in hun lichaam van boven naar beneden, of ze zien het als kleur [France 1993].
Coakley AB, Barron AM. Energy therapies in oncology nursing. Semin Oncol Nurs. 2012 Feb;28(1):55-63. doi: 10.1016/j.soncn.2011.11.006. PMID: 22281310.
Dossey L. The Royal Touch: A Look at Healing in Times Past. Explor. J. Sci. Heal. 2013;9:121–127. doi: 10.1016/j.explore.2013.03.001.
France NE. The child's perception of the human energy field using Therapeutic Touch. J Holist Nurs. 1993 Dec;11(4):319-31. doi: 10.1177/089801019301100402. PMID: 8228136.
Kemper KJ, Kelly EA. Treating children with therapeutic and healing touch. Pediatr Ann. 2004 Apr;33(4):248-52. doi: 10.3928/0090-4481-20040401-11. PMID: 15101231.
Kemper KJ, Fletcher NB, Hamilton CA, McLean TW. Impact of healing touch on pediatric oncology outpatients: pilot study. J Soc Integr Oncol. 2009 Winter;7(1):12-8. PMID: 19476730.
Matos LC, Machado JP, Monteiro FJ, Greten HJ. Perspectives, Measurability and Effects of Non-Contact Biofield-Based Practices: A Narrative Review of Quantitative Research. Int J Environ Res Public Health. 2021;18(12):6397. Published 2021 Jun 13. doi:10.3390/ijerph18126397.
Malinski VM. Rogerian science-based nursing theories. Nurs Sci Q. 2006 Jan;19(1):7-12; discussion 6. doi: 10.1177/0894318405284116. PMID: 16407593.
Monzillo E., Gronowicz G. New Insights on Therapeutic Touch: A Discussion of Experimental Methodology and Design That Resulted in Significant Effects on Normal Human Cells and Osteosarcoma. Explor. J. Sci. Heal. 2011;7:44–51. doi: 10.1016/j.explore.2010.10.001.
Rogers, M. E. (1989). An Introduction to the Theoretical Basis of Nursing. Philadelphia: F. A. Davis.
Shields D, Fuller A, Resnicoff M, Butcher HK, Frisch N. Human Energy Field: A Concept Analysis. J Holist Nurs. 2017 Dec;35(4):352-368. doi: 10.1177/0898010116678709. Epub 2016 Nov 23. PMID: 27881613.
Watson, J. (2008). Nursing. The Philosophy and Science of Caring. New Revised & Updated Edition. Boulder: University Press of Colorado.