Anamnese en lichamelijk onderzoek

Uitgangsvragen

Bij patiënten in de palliatieve fase met hik:

  • Hoe dient de anamnese te worden afgenomen?
  • Hoe dient het lichamelijk onderzoek te worden uitgevoerd?

Methode: consensus-based

Aanbevelingen

  • Neem bij langdurige en/of hinderlijke hik een anamnese af. Vraag daarbij naar:
    • ernst en duur van de hik;
    • aanhouden van de hik in de slaap (wijst op organische oorzaak);
    • invloed van de hik op het lichamelijk en psychisch welbevinden en op de nachtrust;
    • factoren die invloed hebben op de hik, bijv.:
      • (overmatig) eten;
      • koolzuurhoudende dranken;
      • plotselinge veranderingen van temperatuur;
      • opwinding;
      • emotionele stress.
    • effect van eerdere (pogingen tot) behandeling;
    • slikklachten;
    • verandering van de stem;
    • pijnklachten achter het borstbeen, passagestoornissen, zuurbranden;
    • klachten wijzend op maagdilatatie:
      • vol gevoel of pijn in de bovenbuik;
      • snelle verzadiging;
      • misselijkheid en braken.
    • andere buikklachten;
    • koorts;
    • recente chirurgie of ander(e) trauma(ta);
    • neurologische symptomen;
    • huidige en eerdere medicatie;
    • alcoholgebruik;
    •  (co-)morbiditeit.
  • Geef bij het lichamelijk onderzoek in het bijzonder aandacht aan:
    • tekenen van infectie (o.a. koorts);
    • het keel-neus-oor-gebied (infecties, corpus alienum);
    • de hals (zwellingen);
    • de thorax (trauma, pericarditis, pneumonie);
    • de buik (opgezette buik, hypertympanie, drukpijn, weerstanden, grote lever, galblaas);
    • bij neurologische klachten: neurologisch onderzoek.

Voor deze uitgangsvraag is geen systematisch literatuuronderzoek verricht.

De werkgroep is van mening dat de diagnose hik en eventuele onderliggende oorzaken daarvan bij patiënten in de palliatieve fase primair worden vastgesteld door middel van anamnese en lichamelijk onderzoek. Er is geen systematisch onderzoek verricht naar anamnese en lichamelijk onderzoek bij patiënten met de hik. Verschillende reviews en richtlijnen geven aanbevelingen voor anamnese en lichamelijk onderzoek [BC Centre for Palliative Care 2017, Kranke 2018, Kohse 2017, Steger 2015].

Bij de anamnese wordt gevraagd naar de hik zelf, naar de gevolgen ervan en naar beïnvloedende factoren en mogelijke oorzaken. Daarbij wordt gevraagd naar:

  • ernst en duur van de hik;
  • aanhouden van de hik in de slaap (wijst op organische oorzaak);
  • invloed van de hik op het lichamelijk en psychisch welbevinden en op de nachtrust;
  • factoren die invloed hebben op de hik, bijv.:
    • (overmatig) eten;
    • koolzuurhoudende dranken;
    • plotselinge veranderingen van temperatuur;
    • opwinding;
    • emotionele stress.
  • effect van eerdere (pogingen tot) behandeling;
  • slikklachten;
  • verandering van de stem;
  • pijnklachten achter het borstbeen, passagestoornissen, zuurbranden;
  • klachten wijzend op maagdilatatie:
    • vol gevoel of pijn in de bovenbuik;
    • snelle verzadiging;
    • misselijkheid en braken.
  • andere buikklachten;
  • koorts;
  • recente chirurgie of ander(e) trauma(ta);
  • neurologische symptomen;
  • huidige en eerdere medicatie;
  • alcoholgebruik;
  • (co-)morbiditeit.

Het lichamelijk onderzoek dient met name om een eventuele oorzaak van de hik vast te stellen. Daarbij wordt aandacht besteed aan:

  • tekenen van infectie (o.a. koorts);
  • het keel-neus-oor-gebied (infecties, corpus alienum);
  • de hals (zwellingen);
  • de thorax (trauma, pericarditis, pneumonie);
  • de buik (opgezette buik, hypertympanie, drukpijn, weerstanden, grote lever, galblaas);
  • bij neurologische klachten: neurologisch onderzoek.