Medicamenteuze symptomatisch behandeling
Hoestdempende middelen
- dextromethorfan 4-6 dd 15 mg p.o.
- codeïne 6 dd 10-20 mg p.o. (in combinatie met een laxans). Codeïne wordt van oudsher als de standaard van hoestdempende middelen beschouwd, maar morfine is waarschijnlijk even effectief.
- slow release morfine 2 dd 10-20 mg p.o. (in combinatie met een laxans). Indien de patiënt reeds morfine gebruikt, dan de dosering met 50% verhogen.
- Voor droge hoest, niet reagerend op opioïden, is effect van paroxetine 1 dd 20 mg p.o. en van gabapentine 2 dd 100-800 mg beschreven
Corticosteroïden en luchtwegverwijders
Vernevelde lokale anesthetica
Bij therapieresistente hoestklachten kan verneveling met lokale anesthetica overwogen worden:
- lidocaïne 2%: tot 4 dd 5 ml (flacons van 20 en 30 ml)
- bupivacaïne 0,25%: tot 6 dd 5 ml
Vanwege de kans op bronchospasmen is het verstandig een lokaalanestheticum te combineren met salbutamol: 0,5-1 ml van een 0,5% oplossing (1 ml= 5 mg). Omdat de slikreflex verminderd is bestaat er kans op aspireren, daarom mag de patiënt pas na 1 uur weer eten en drinken.