Met palliatieve zorg vijf keer lager risico op niet-passende zorg
De tijdige inzet van palliatieve zorg zorgt voor een significant lager risico op het ontvangen van niet-passende zorg in de laatste levensfase. Dit blijkt uit onderzoek dat is uitgevoerd door IKNL, Vektis en PZNL. In het onderzoek is gekeken naar 43.067 mensen die in 2017 overleden zijn aan kanker. Van de 16.967 mensen (39%) die in de elf maanden voorafgaand aan de laatste levensmaand palliatieve zorg ontvingen, kreeg 16% potentieel niet-passende zorg. Van de 26.100 mensen (61%) die in diezelfde periode geen palliatieve zorg ontvingen, kreeg 45% potentieel niet-passende zorg.
Opzet van het onderzoek
Op basis van de data van alle zorgverzekeringen in Nederland (afkomstig uit de database van Vektis) is gekeken naar de verleende zorg in de laatste maand van het leven van patiƫnten met kanker. Daarnaast is bekeken bij wie er in het jaar voorafgaand aan het overlijden op enige manier palliatieve zorg was gedeclareerd; in het ziekenhuis, thuis of in het verpleeghuis. Op basis hiervan is gekeken of er een verband is tussen het verlenen van palliatieve zorg en het ontvangen van potentieel niet-passende zorg in de laatste maand voor het overlijden. Onder niet-passende zorg wordt verstaan: twee of meer spoedeisende hulp bezoeken, behandeling met chemotherapie, twee of meer ziekenhuisopnames, lange ziekenhuisopname (14 dagen of langer), IC-opname, overlijden in het ziekenhuis.
Conclusies en aanbevelingen
Uit het onderzoek blijkt dat mensen met palliatieve zorg een aanzienlijk lager risico (5 keer) hebben om niet-passende zorg te ontvangen in de laatste maand van hun leven. Dit op basis van gecorrigeerde cijfers naar leeftijd, geslacht en aantal diagnoses van kanker. De uitkomsten van het onderzoek laten het belang zien van het tijdig bespreken van de behoefte aan palliatieve zorg door middel van proactieve zorgplanning (advance care planning) en het Tijdige Integratie Palliatieve Zorg in Oncologie (TIPZO) project.
Download