Stervensproces

Bij patiënten met een chronische ziekte is de dagen voorfgaand aan de dood veelal sprake van een aanvankelijk geleidelijke, maar op enig moment snel toenemende achteruitgang van één of meer van de zes vitale orgaansystemen c.q. organen: het hart- en vaatstelsel, de longen, het maagdarmkanaal, de nieren, de lever en het centraal zenuwstelsel. Uiteindelijk ontstaat er een cascade van gebeurtenissen die leidt tot de dood, waarvan het anorexie-cachexie-syndroom er één is. Het anorexie-cachexie-syndroom ontstaat door metabole stoornissen, die het gevolg zijn van een door cytokinen gemedieerd progressief katabool proces (zie richtlijn Anorexie en gewichtsverlies). Ook de vermindering van de nier- en leverfunctie draagt bij aan de metabole stoornissen, o.a. door verminderde klaring van geneesmiddelen. Door achteruitgang van de hartfunctie daalt de bloeddruk en neemt de urineproductie af. Door cerebrale hypoxie en ischemie daalt het bewustzijn en nemen de reflexen af. Uiteindelijk vermindert de centrale prikkel tot ademen en ontstaat er vaak een hortende ademhaling, met steeds langer wordende pauzes tussen de ademteugen, de zgn. Cheyne-Stokes-ademhaling.