Voorkomen
In 2006 overleden in Nederland ca.135.000 mensen, van wie 77.000 (57%) ten gevolge van een chronische ziekte. Kanker was de meest voorkomende oorzaak van overlijden aan een chronische ziekte (40.000), gevolgd door CVA (10.000), dementie (8.000), COPD (6.000) en chronisch hartfalen (6.000). Ten opzichte van 1996 overleden 6% meer mensen aan (de gevolgen van) een chronische ziekte. Door de vergrijzing zal het aantal overledenen per jaar toenemen tot 215.000 in 2040, en met name zal het aantal overledenen ten gevolge van een chronische ziekte toenemen. Dit heeft gevolgen voor de organisatie van de zorg in de stervensfase. De meeste mensen in Nederland hebben de wens thuis te overlijden. In 2006 overleed ongeveer een derde van de chronisch zieken ook daadwerkelijk thuis, een kwart in het ziekenhuis, een kwart in het verpleeghuis en een vijfde elders, waaronder hospices.
In de laatste levensdagen is verwardheid en/of onrust bij de helft van de patiƫnten aanwezig. Kort voor het overlijden is bij de helft tot driekwart van de patiƫnten sprake van reutelen, en is bij een derde sprake van urine-incontinentie. Vermoeidheid, verlies van eetlust, kortademigheid, pijn, concentratiestoornissen, onrust en urine-incontinentie geven de grootste symptoomlast in de laatste drie dagen van het leven.