Waarom doen ‘naasten’ wat ze doen? Wat betekent dit voor onze begeleiding van de ‘naasten’?

In ons werk als huisarts, POH of wijkverpleegkundige ontmoeten we ook de naasten: partners, kinderen en kleinkinderen en soms ook vrienden en collega’s van de client/ patiënt. In de definitie van palliatieve zorg staat dat palliatieve zorg zich richt op het bieden van zorg en begeleiding aan mensen met een levensbedreigende aandoening en hun naasten. (Kwaliteitskader 2017)

Want:

  • Naasten hebben hun eigen rouw en afscheid. Naasten zien de gevolgen van ziekte en kwetsbaarheid van hun dierbare en dat heeft impact. Impact op het dagelijks functioneren, in de lichamelijke, sociale, psychische en existentiële dimensie. 
  • De ‘naaste’ wordt vaak de ‘mantelzorger’, over het algemeen voor langere tijd en 24/7. 
  • De naaste is als mantelzorger belangrijk voor de zorgverlening als deskundige en als samenwerkingspartner: zij weten veel over de ‘patiënt’ en bieden veel zorg.

Deze werkvorm is bedoeld om eens stil te staan bij de beleving van naasten. Hierbij wordt gebruik gemaakt van platen uit de graphic novel “Naasten” (2019),  ©M. Kranenburg, N. van Ooijen en M. Haan, op www.graphicnovelnaasten.nl vind u meer informatie.

Voorbereiding

Na beschrijving van de werkvorm staan verdiepingsmogelijkheden met bronvermelding

  • In de werkvorm wordt gebruik gemaakt van de platen op blz. 5-9.
  • Print deze uit op A4 formaat zodat je rond kan laten gaan, of maak met de platen een korte PowerPointpresentatie.
  • Vraag de PaTz deelnemers na te denken welke patiënten mantelzorg krijgen. Wat weet je hun naasten? 

Deze werkvorm gaat over de beleving van naasten.

Willen jullie ook ingaan op ondersteuningsmogelijkheden voor naasten, bekijk of laat iemand voorafgaand aan de bijeenkomst onderzoeken:

Werkvorm

1. Warming up

Vraag de PaTz deelnemers te denken aan de naasten van ernstig of chronisch zieke patiënten. Vraag daarbij wat zij vinden van de uitspraak

‘Kanker heb je niet alleen’: Eens of oneens?  

Aanvullende vraag:

Kan het woord ‘kanker’ vervangen worden door bijvoorbeeld: COPD, hart- nier- lever- falen, MS, ALS, Parkinson, dementie.

Waarom wel/ niet?

2. Beleving van Naasten

2.1 Laat de onderstaande platen één voor één aan de PaTz deelnemers zien

Vraag ieder een paar trefwoorden te noteren aan de hand van de volgende vragen:

  1. wat zie je
  2. wat roept het bij je op                                                             
  3. wat vertelt het je over naaste-zijn

 

2.2 Is naaste hetzelfde als mantelzorger?

  • Wat is het verschil?
  • Wat betekent dat voor jou, jouw rol?

 

2.3 Stel in de PaTz groep de vraag: Wat maakt dat naasten doen wat ze doen?

Kijk of onderstaande aspecten zijn ingebracht en vul zo nodig aan:

  • Vanuit appèl van de zorgvrager, familie/vrienden, professionele zorgverleners of zichzelf
  • Vanuit het beschikbaar zijn en op de ander gericht zijn,
  • Uit liefde, plicht of verwachting, en familiedynamiek

Hierbij is de context van de laatste levensfase vaak cruciaal: “Dit is het laatste wat ik kan doen”

3. Toon deze plaat, die de veelheid 'het circus' an hulpverleners toont.

Bespreek de vraag: Waar denk je dat naasten behoefte aan hebben?

4. Afsluiting

Wat zijn jullie leerpunten? Wil je iets veranderen in de manier waarop je met naasten omgaat? Zo ja, op welke manier?

Contact
Neem voor vragen contact met ons op