‘Palliatieve zorg is de mooiste en meest intieme vorm van zorg’
Sinds wanneer zit je bij de PN-raad?
“Sinds voorjaar 2025.”
Welke ervaring neem je mee?
“Al vroeg kreeg ik met de dood te maken; mijn moeder overleed toen ik 9 jaar was. Veel te jong. Het is inmiddels meer dan een halve eeuw geleden, maar het voelt als gisteren. Ik ben gaan werken als verzorgende en uiteindelijk als verpleegkundige. Als 18-jarige stond ik al aan het sterfbed van een vrouw, ze had geen familie of vrienden, dus ik ben bij haar gebleven in dat proces. Het was het begin van een carrière waarin ik veel stervensprocessen heb meegemaakt. Palliatieve zorg vind ik de mooiste en meest intieme vorm van zorg die ik heb mogen geven. Mensen zijn zo puur. Later in mijn leven was ik medeoprichter van NU’91, een vakbond voor verpleegkundigen en verzorgenden, en ben ik samen met een collega een zorgcongresbureau gestart.
Ook privé is de dood me blijven achtervolgen. Van mijn acht broers en zussen zijn er vier overleden. Ik weet hoe belangrijk het is om zo’n periode goed te doen met elkaar, met de familie, maar ook met zorgverleners. De traan op de wang van een verpleegkundige naast het sterfbed van een van mijn broers was voor mij zo’n mooi moment. Je emoties laten zien, huilen, het heeft een enorme kracht. Lachen ook trouwens, humor is voor mij een heel belangrijk aspect. Je maakt ermee contact met een ander gedeelte in jezelf en de ander, een gedeelte dat springlevend is. Lachen ontlaadt, het creëert saamhorigheid.”
Waarom wilde je je aansluiten bij de PNraad?
“Op dit moment ben ik vooral druk als adviseur van NU’91. Maar ik wil ook heel graag met de inhoud bezig blijven. Palliatieve zorg is zó belangrijk, in zo’n kwetsbare periode. Ik vind dat professionals beter moeten weten wat er mogelijk is, en over de naderende dood moeten praten met hun patiënten en de naasten. Alleen kan dat eng zijn, het kan dichtbij hun eigen angst en verdriet komen. Hoe ga je daarmee om? Voor mij was de traan van die verpleegkundige heel waardevol. En aandacht hebben voor naasten, dat vind ik ook een heel belangrijk aspect.”
Waar ga je je op richten binnen de raad?
“Ik ben pas net begonnen, maar nu denk ik aan communicatie; praat over de dood, op een manier die aansluit bij de belevingswereld van patiënten en naasten. Maar ik ben ook erg benieuwd met welke onderzoeken we kunnen meedenken.”