‘Soms zou ik willen dat ik een toverstok had’
Marjolein werkt in de regio Zutphen als oncologieverpleegkundige en palliatief consulent bij mensen thuis. Daarnaast werkt ze op de wijkpoli.
‘Gesprekken voeren is een groot onderdeel van mijn werk. Mensen hebben vaak veel op hun hart. Waar ze tegenaan lopen, gevoelens, zaken waarin ze niet altijd bevestiging vinden in hun ‘gewone’ leven. Mensen vinden het fijn dat je dingen herkent, dat ze niet de enige zijn. Door de uitvoering van handelingen bij de cliënt ontstaat vertrouwen, de gesprekken komen vanzelf. Of je voelt: dit komt later wel.’
‘Ik tref zelden onwetendheid aan bij cliënten, ze hebben er gewoon (nog) geen ervaring mee. Je kunt wel dieper willen gaan, met vragen als ‘wat betekent dit voor je leven?’, maar als iemand heel veel pijn heeft, kom je daar op dat moment niet aan toe. Ik kijk eerst wat ik op orde kan brengen met hulpmiddelen. Als dat op orde is, ga ik verder. In het begin had ik het gevoel dat ik te laat werd ingeschakeld, dan kun je weinig meer veranderen. Als je de anamnese stapsgewijs doorloopt, zegt mijn gevoel vaak al snel wat er nog niet goed gaat.’
Niet iedereen wil het over de dood hebben
‘Mijn ervaring is dat niet iedereen het continu over de dood wil hebben. Het mag even ter sprake komen, daarna wordt het weer geparkeerd. Als iemand het bed bijna niet meer uitkomt, vraag ik bijvoorbeeld: hebt u er wel eens over nagedacht hoe het zal gaan, als u veel zieker wordt? Het blijkt dan vaak wel dat er veel vragen zijn. Tegenwoordig heeft men er meer een mening over, mensen denken na of ze wel een ziekbed willen of dat ze euthanasie willen bespreken.’
Soms machteloos gevoel
Mijn verhaal raak ik zelf kwijt door in het bos te wandelen, te bellen met collega’s of ik zet de muziek hard aan. Het geeft mij soms ook een machteloos gevoel, zeker bij jonge mensen. Je hoopt dat alles zo goed mogelijk gaat. Het blijft rot, het voelt onbevredigend. Heb je er wel alles aan gedaan? Ook al is iedereen tevreden hoe het is gegaan. ‘Soms zou ik willen dat ik een toverstok had.’